Een winkelbediende in een kleine supermarkt in Kessel-Lo ziet Walter Michiels er regelmatig. “Hij komt hier praktisch elke dag’, zegt de winkelbediende in Dag Allemaal. 

“In de voormiddag is hij oké, heel beleefd. Later op de dag, als hij wat gedronken heeft, durft hij in de comfortzone van klanten te komen. Dan wordt hij soms lichtjes vrijpostig. En ja, dan schrikken de klanten weleens”.

Schelden
"Soms begint hij klanten uit te schelden. Maar ’t valt mee, ik heb in de horeca veel ergere gevallen meegemaakt. Eigenlijk heeft hij hulp nodig. Er zit een kortsluiting in z’n hoofd. Hij ziet vijanden waar er geen zijn, ’wat paranoïde.” 

Bankkaart
“Ach, de klanten hier zijn hem al gewoon, hij is een beetje de dorpsgek. Wat hij hier koopt? Alleen maar blauwe Chimay. En als hij geld heeft sigaretten. Als hij problemen heeft met z’n bankkaart, gaat hij naar de bank en komt hij terug met cash. Uiteindelijk betaalt hij altijd correct."