Foto: Pixabay
Je ligt in bed, draait van de ene op de andere zij en de klok tikt gestaag verder. Uit pure wanhoop begin je dan maar met het tellen van schaapjes, in de hoop dat je brein zich overgeeft aan de slaap.
Maar werkt dat eigenlijk wel? Al eeuwenlang wordt dit trucje aangeprezen als de manier om sneller in slaap te vallen, maar wetenschappers hebben er inmiddels hun bedenkingen bij.
Onderzoek wijst uit: Schaapjes tellen kan juist averechts werken om in slaap te vallen
Onderzoek wijst uit dat schaapjes tellen juist averechts kan werken. Het idee is dat je jezelf afleidt van piekergedachten, maar in werkelijkheid kan het eindeloos optellen van wollige sprongen juist verveling oproepen en je brein te actief houden.
Welke beelden helpen je dan wel inslapen?
Wat wel helpt, is het visualiseren van iets rustgevends, zoals een kabbelend beekje of een zacht ruisend bos. Dat ontspant je geest en helpt je sneller weg te dromen.
Dus is schaapjes tellen een fabel? Niet helemaal. Als het voor jou werkt, vooral blijven doen. Maar voor veel mensen is een andere aanpak effectiever. Kies liever voor ademhalingsoefeningen of een ontspannend ritueel voor het slapengaan. Uiteindelijk draait het om het kalmeren van je gedachten—en daar zijn meer methodes voor dan alleen schaapjes tellen.
